Ik ben verzekerd bij een grote verzekeringsmaatschappij, dacht dat alles in orde was. Maar wat blijkt: voor de geschilleninstantie ben ik WEL verzekerd, maar voordat de klacht naar de geschilleninstantie gaat komt er eerst een klachtenfunctionaris aan te pas. En het bleek dat ik daarvoor NIET ben verzekerd. Vanuit de beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen kreeg ik alleen juridische ondersteuning in de vorm van bijvoorbeeld advies. Maar een klachtenfunctionaris steekt er tijd en energie in, en doet dat niet gratis. De kosten van de klachtenfunctionaris moest ik zelf betalen, dit kan oplopen tot vele honderden euro’s. In mijn geval was dat ruim € 900. Al met al ben je echt een aantal maanden (zeg gerust een half jaar verder). En geloof mij dit is het laatste wat je wilt als je na twee jaar strijden de klacht eindelijk positief hebt afgerond. Het voelde in elk geval niet goed. Waar staan wij als zorgverleners? Aangezien ik ten einde raad was heb ik na de afhandeling van mijn klacht mijn beroepsorganisatie FVB en het NIBIG gebeld, over de financiële afhandeling. Ik vond een luisterend oor vanuit beide partijen. Ik kon mijn nota indienen bij het NIBIG Solidariteitsfonds met het verzoek mij tegemoet te komen. Dit fonds is opgericht om therapeuten bij te staan die te maken krijgen met onverwachtse financiële tegenvallers door de Wkkgz-regeling Tegelijkertijd heb ik, maar ook het NIBIG, druk gezet bij de verzekeraar. Dit leidde er toe dat het VvAA besloot uit coulance mijn nota te betalen. Direct daarna heb ik het Solidariteitsfonds bericht over de afloop en aangegeven dat hulp uit het fonds niet meer nodig was. Jammer dat VvAA heeft besloten dat het een eenmalige coulance was en dat deze dekking niet geldt in 2021. |