Soms heb je zo’n week. Dan dient zich een thema aan dat op meerdere momenten terugkomt. Het doemde eerst op in de evaluatie van Frank de Boer als coach van het Nederlands Elftal. Vervolgens kwam het in een teamsessie aan de orde en daarna in gesprekken met verschillende leidinggevenden. Wat daarin iedere keer terugkwam, was het verschil in effect tussen resultaatdoelen en procesdoelen en waarom de laatstgenoemden je zoveel verder brengen.
Het is logisch dat je doelen stelt Leiders stellen doelen en die doelen willen zij behalen. En als dat lukt, dan geeft dat een geweldig gevoel. Het stellen van doelen kan motiverend werken. Je werkt gericht ergens naartoe en je weet waar je de dingen allemaal voor doet of laat. Hoe belangrijker het doel voor je is, hoe meer kracht ervan uitgaat. Ook in de waarderende aanpak beginnen we altijd met het formuleren van een positief doel. Dat komt voort uit een verlangen, dus het heeft aantrekkingskracht.
Hoe concreter hoe beter In allerlei managementcursussen leer je om SMART doelen te stellen. Dat is een ezelsbrug voor het formuleren van doelen, die je uitdaagt om het concreet te maken. Hoe weet je dat je je doel bereikt hebt? Op zich is dat een nuttige vraag, omdat het je kan helpen om gaandeweg te weten hoe ver je al bent. Daarnaast helpt het je doelen te formuleren op een manier dat het haalbaar is. Ongemerkt gaat het op dat punt vaak mis als we resultaatdoelen stellen.
Resultaat heb je vaak niet in eigen hand Vaak worden er namelijk eisen aan resultaten gesteld, terwijl wij voor het behalen ervan afhankelijk zijn van anderen. Zo had Frank de Boer het niet geheel in eigen hand om de kwartfinale te halen en ook zijn spelers niet. Er is altijd nog een tegenstander en een scheidsrechter die mede het resultaat bepalen. Ook als het gaat om de normen die aan scholen gesteld worden, kun je stellen dat leerkrachten en schoolleiders geen directe invloed hebben op de opbrengsten van leerlingen. Er kunnen verschillen zijn tussen lichtingen van leerlingen en allerlei omstandigheden in hun leven kunnen van invloed zijn op de prestaties.
Resultaatdoelen kunnen contraproductief zijn Als je het resultaat niet helemaal in eigen hand hebt, dan loop je het risico dat je gevoelens van onmacht gaat voeden als het tegenzit. Frustratie en spanning gaan dan een rol spelen, wat maakt dat je dingen gaat doen die de kans op resultaat juist gaan verkleinen. Zo zag je bij het Nederlands Elftal al snel de irritatie toenemen, waardoor het spelplezier afnam en daarmee de souplesse in het samenspel. En bij scholen heeft de druk om de resultaten van begrijpend lezen te verbeteren ertoe geleid dat er allerlei methoden toegepast worden die het leesplezier bij de kinderen juist ondermijnen, waardoor er thuis eerder minder dan meer gelezen wordt. Procesdoelen heb je zelf in de hand De kunst is om doelen te stellen die je zelf in de hand hebt. Alleen al daarom zijn procesdoelen handiger dan resultaatdoelen. Met procesdoelen beschrijf je de doelen in het proces die je kunt bereiken met je eigen acties. Daarnaast zijn het stappen die voorwaardelijk zijn voor het behalen van resultaat. Stel je bijvoorbeeld voor dat je een belangrijke presentatie wilt houden, waarbij je als resultaat wilt dat anderen overtuigd raken van jouw visie. Dan werkt het beter om jezelf tot doel te stellen om op een enthousiaste en levendige wijze je verhaal te vertellen. Overtuigingskracht zit dan veel meer in de kracht van je eigen overtuiging dan in het effect dat je wilt bereiken, met als gevolg dat je anderen juist eerder meekrijgt.
Procesdoelen houden je flexibel Daarnaast kun je met procesdoelen makkelijker schakelen als het resultaat uitblijft. Op het moment dat je jezelf tot doel hebt gesteld om anderen mee te krijgen, kun je ongeduld en spanning ervaren bij kritische vragen en daardoor extra kracht op de ander uitoefenen, wat juist tot weerstand kan leiden. Met procesdoelen weet je dat het niet lag aan de kracht van jouw verhaal, maar dat er bij de ander iets speelt dat blijkbaar belangrijk is. Dan kun je jezelf tot doel stellen om eerst de ander te begrijpen, waardoor je daarna makkelijk kan aansluiten. Daarnaast zie je de kritische vraag ook eerder als een teken van een positief resultaat, want de vraag is een teken van aandacht en betrokkenheid. Procesdoelen helpen je om stappen eerder als progressie te zien. |